In Nederland fietsen we erop los, maar in het woon-werkverkeer laten we een enorme kans liggen. Bijna 900.000 forenzen die op fietsafstand van hun werk wonen nemen tóch de auto of het openbaar vervoer om naar hun werk te gaan. Hiermee laat meer dan de helft van de forenzen die op fietsbare afstand woont van het werk (minder dan 15 km), winst liggen voor hun eigen portemonnee en gezondheid. Een werknemer die op de fiets naar het werk komt is gemiddeld 1 dag minder ziek per jaar, beweegt meer en kan tot 1200 euro aan benzine kosten per jaar besparen. Zuid-Limburg is koploper in gemiste fietskansen. Dit blijkt uit onderzoek van de TU Delft, uitgevoerd in opdracht van Coalitie Anders Reizen.
Forenzen laten de fiets links liggen omdat er geen hogere reiskostenvergoeding geldt voor de fiets dan de auto, er een bijtelling is voor e-bikes, ze in het bezit zijn van een leaseauto en fietsvriendelijke infrastructuur ontbreekt. De netwerkorganisatie van 70 grote werkgevers stelt dan ook dat overheid en werkgevers samen de sleutel in handen hebben om de fiets fiscaal en praktisch aantrekkelijker te maken. Daarmee zouden werknemers vitaler worden, Nederland bereikbaarder, schoner en leefbaarder worden. Ook volgens de onderzoekers is beleid van overheid en werkgevers een bepalende factor in duurzaam reisgedrag.
Fietsonvriendelijk fiscaal klimaat in Nederland
Hugo Houppermans, directeur Coalitie Anders Reizen: “Ik kan er duidelijk over zijn. Het fietsonvriendelijk fiscaal klimaat in Nederland moet zo snel mogelijk op de schop. Er wordt in ons land geen enkel fiscaal onderscheid gemaakt of je met de auto of de fiets naar het werk gaat. Met de komst van de werkkostenregeling is daarnaast de hulp om een fiets aan te schaffen afgeschaft en gebruikers van een leasefiets betalen ook nog eens bijtelling. En dat terwijl de baten van meer fietsgebruik voor de maatschappij enorm zijn. Vitalere medewerkers, minder filedruk en een schonere lucht door minder CO2 uitstoot is in ieders belang. Werkgevers willen hun werknemers dan ook graag stimuleren om te gaan fietsen in plaats van de auto te pakken. Alleen missen ze hiervoor de doeltreffende fiscale instrumenten. Maak het geven van een hogere reiskostenvergoeding voor de fiets fiscaal aantrekkelijk, stel fietsverstrekking door werkgevers vrij van belasting en schaf de bijtelling voor leasefietsers af. Uit het onderzoek blijkt dat qua fiets zelf de e-bike de grootste groeikans biedt voor meer fietsgebruik. Alleen de hogere aanschafprijs weerhoudt hen hiervan. Werkgevers die de kilometervergoeding voor de fiets en e-bike op eigen kosten extra hebben verhoogd, zoals KPN (0,40 cent per km), ASML (0,35 cent per km) en Conclusion (0,30 cent per km) zien direct meer medewerkers overstappen”.
Grote regionale verschillen in fietsdissonantie
Het onderzoek van TU Delft laat verder zien dat in grote steden meer wordt gefietst naar het werk dan het landelijke gemiddelde en dat er grote regionale verschillen zijn in fietsdissonantie. Maarten Kroesen, universitair hoofddocent transportbeleid TU Delft: “Fietsdissonantie noemen we het verschijnsel dat mensen die wel op de fiets naar hun werk kunnen een ander vervoersmiddel kiezen. Gemeenten doen er goed aan om fietsvriendelijke infrastructuur aan te leggen met vrij liggende fietspaden, voldoende fietsfaciliteiten en slimme koppelingen met het OV om fietsen aantrekkelijk en toegankelijk te maken voor iedereen.” Uit het onderzoek dat hij samen met Stefan Bentvelsen uitvoerde blijken grote regionale verschillen. Zuid-Limburg spant de kroon met 68% ‘fietsdissonantie’. Ook Midden-Limburg (66%) en de Rotterdamse regio Groot Rijnmond (62%) laten grote kansen liggen. In absolute aantallen bieden de Randstadregio’s de grootste potentie. In steden als Amsterdam, Groningen, Utrecht en Nijmegen is fietsen stevig ingeburgerd. In Rotterdam en Almere daarentegen blijft het fietsgebruik flink achter. Deze steden zijn ook qua infrastructuur sterk op de auto ingericht. Gemeenten met een fietsvriendelijke infrastructuur met bijvoorbeeld vrijliggende fietspaden langs 50 km/u wegen en rotondes die voorrang geven aan fietsers hebben significant minder fietsdissonantie. Dit verklaart waarom Groningen (28% dissonantie) en Utrecht (38%) veel beter presteren dan Rotterdam (57%) en Almere (69%).
Over het onderzoek
Het onderzoek is in 2025 uitgevoerd door de TU Delft door Stefan Bentvelsen, onder begeleiding van Maarten Kroesen en Karolien Nunen. Er is gebruik gemaakt van data uit het ODiN onderzoek van het CBS 2022-2023, aangevuld met gegevens van de Fietsersbond 2024 en hun Fietsgemeente-onderzoek’.